Nieuwsbericht • donderdag, januari 16 2025

‘Onze ruimtelijke inrichting moet fundamenteler worden aangepakt’

Thibault de Cooman werd eind 2024 lid van Denktank Nederland 2040. Als gebiedsontwikkelaar denkt hij mee over met name stedelijke ontwikkeling en ruimtegebruik in ons land. ‘Ik droom van een Nederland waarin steden en dorpen een afspiegeling zijn van onze identiteit.’

Thibault de Cooman

‘Stedelijke ontwikkeling en ruimtegebruik zijn disciplines die verder reiken dan het optimaliseren van het hier en nu. Ze bepalen de lange lijnen van onze samenleving. Als gebiedsontwikkelaar bij Synchroon houd ik mij dagelijks bezig met het balanceren van maatschappelijke belangen en ruimtelijke vraagstukken. Maar ik ervaar steeds meer de grenzen van wat binnen de private sector mogelijk is. Mijn motivatie om mij in bredere zin in te zetten voor de toekomst van Nederland ligt in de overtuiging dat het denken over onze ruimtelijke inrichting fundamenteler, meer visionair en minder fragmentarisch moet worden aangepakt.

Procesgedreven exercitie

De ruimtelijke ordening in Nederland is de afgelopen decennia verworden tot een procesgedreven exercitie. Hierin is visie vaak ondergeschikt is aan technische haalbaarheid en regelgeving. We hebben ons laten gijzelen door complexiteit: gelaagde regelgeving, gefragmenteerde verantwoordelijkheden en een overdaad aan belangenafwegingen zonder duidelijke koers. Terwijl de wereld om ons heen steeds sneller verandert – van klimaatuitdagingen tot verstedelijkingsvraagstukken – blijven we hangen in een systeem dat reactief is in plaats van proactief.

Voorbeeldland

Toch biedt deze situatie een kans om Nederland opnieuw een voorbeeldland te maken in ruimtelijke ordening. Onze opgaven – van woningtekort en energietransitie tot duurzame landbouw – vragen om slimme keuzes en samenhang. Nederland heeft een sterke traditie van het verbinden van functionaliteit en schoonheid, van innovatie en identiteit. Het is tijd om die traditie nieuw leven in te blazen.

Levendige plekken

Door verdichting en herontwikkeling kunnen we stedelijke functies versterken zonder steeds nieuwe ruimte aan te snijden. Dit creëert levendige plekken die verbonden zijn met hun omgeving en laat ruimte vrij voor natuur, groen en landbouw. Het herstel van landschappen en ecologische structuren draagt bij aan biodiversiteit en maakt ons land aantrekkelijker en veerkrachtiger. Nieuwbouwproject Little C, Coolhaven in Rotterdam is hiervan één van de beste voorbeelden in Nederland van de afgelopen 20 jaar.

‘Ruimtelijke ordening is niet alleen een middel om praktische vraagstukken op te lossen, maar een model voor een toekomst waarin balans de norm is’

Ik droom van een Nederland waarin steden en dorpen een afspiegeling zijn van onze identiteit: een land van innovatie, samenwerking en schoonheid. Waar wijken niet alleen functioneel zijn, maar ook ruimte bieden voor gemeenschapszin en creativiteit. Waar je in de stedelijke omgeving de handtekening van de samenleving herkent – in de esthetiek, de menselijke maat en de verbinding met het landschap. Denk aan gebouwen die herkenbare regionale kenmerken uitstralen, zoals baksteenarchitectuur, groene gevels en daken. Denk aan wijken met openbare ruimten die uitnodigen tot ontmoeting, zoals multifunctionele pleinen, buurtcentra en gedeelde voorzieningen. Wijken die ruimte bieden aan hernieuwbare energiebronnen, repaircafés en stadslandbouw. En denk aan groene corridors en waterpartijen die natuur en stedelijke omgeving met elkaar verbinden.

Balans

Ruimtelijke ordening is niet alleen een middel om praktische vraagstukken op te lossen, maar een model voor een toekomst waarin balans de norm is. Een balans tussen wonen, werken en ontspannen. Tussen mens en natuur. Tussen economische ontwikkeling en culturele herkenbaarheid. Dit vraagt om visie, lef en samenwerking. Maar het biedt de kans om Nederland opnieuw een toonbeeld te maken van hoe slimme keuzes een samenleving sterker, groener en menselijker kunnen maken.

Ambities

Door deze opgaven integraal aan te pakken, kunnen we een voorbeeld stellen voor de wereld. Niet alleen als een land dat zijn uitdagingen het hoofd biedt, maar als een land dat zijn ambities durft te verwezenlijken. Een land waarin schoonheid en bruikbaarheid hand in hand gaan, en waarin ruimte niet alleen wordt gebruikt, maar opnieuw wordt bedacht. Door deel uit te maken van Denktank Nederland 2040 wil ik bijdragen aan een toekomstvisie die de kracht heeft onze ruimtelijke inrichting te transformeren en Nederland opnieuw op de kaart te zetten, als voorbeeld voor visionaire en samenhangende ruimtelijke ordening.’