Presterende overheden: ongecompliceerd goed

We laten onze overheden beter presteren. Door beleid te beperken tot kerntaken. Door regels te schrappen en te vereenvoudigen. Door burgers eerlijk en fatsoenlijk te behandelen. Door beleid en uitvoering weer in één hand te leggen. Door zorg te dragen voor toekomstige generaties. Door te investeren in vakambtenaren. Door de rijksoverheid om te vormen tot middenbestuur. Door de mogelijkheid van extraparlementaire kabinetten te verkennen en te benutten. Door democratie in regio’s te verstevigen. En door volksvertegenwoordigingen sterker te maken. Zo maken we onze overheid ongecompliceerd goed.

Voorstellen

Hoe realiseren we dit idee in de praktijk? Tijdens het nadenken over het Toekomstbeeld heeft de denktank vele voorstellen verzameld die zouden kunnen bijdragen aan bovenstaand idee. Hieronder staat een selectie van deze voorstellen, in concept. We zijn als denktank benieuwd naar aanvullingen en verbetersuggesties.

  1. Schrap en/of vereenvoudig systematisch regels zoals door ze te filteren op noodzaak, werkzaamheid en doelmatigheid en ze bij invoering al te voorzien van een uiterste houdbaarheidsdatum.
  2. Behandel burgers eerlijk, gelijk, onbevooroordeeld en meer persoonlijk (liefst zo dicht mogelijk in de buurt).
  3. Beleg de verantwoordelijkheid voor het maken van beleid en het uitvoeren van dat beleid in de regel bij dezelfde overheidsinstantie. Verminder het aantal beleidsmakers.
  4. Toets grote akkoorden en wetswijzigingen aan de hand van een generatietoets (om langetermijndenken te institutionaliseren), een uitvoerbaarheidstoets en een toets op ‘doenvermogen’[1]. Betrek ervaringsdeskundigen en belanghebbenden bij het maken van beleid.
  5. Investeer in kennis en kunde van (vak)ambtenaren en systematische evaluatie van bestaand beleid op basis van vooraf gedefinieerde heldere doelen.[2]
  6. Ontwikkel een visie op de rijksoverheid als middenbestuur oftewel een bestuurslaag tussen de decentrale en internationale bestuurslagen in.[3] Draag hierbij taken, bevoegdheden en middelen over aan deze bestuurslagen.[4]
  7. Werk vaker met extraparlementaire en/of minderheidskabinetten (waarin de beoogde coalitiepartijen een beperkt aantal afspraken op hoofdzaken maken en meerderheden in het parlement gezocht moeten worden) en langetermijnakkoorden met betrokkenheid van oppositiefracties. Leer hierbij van ervaringen in gemeenten en provincies.
  8. Vergroot de democratische legitimiteit van regionale samenwerkingsverbanden door bestaande verbanden te stoppen, samen te voegen en/of op een regionale bestuurslaag te organiseren.[5][6][7]
  9. Versterk het parlement en andere volksvertegenwoordigingen door ambtelijke ondersteuning van leden en commissies te verdubbelen en minimumeisen te stellen aan de omvang van een fractie (met bijhorende fractierechten).[8]

[1] Non-cognitieve vermogens, zoals een doel stellen, een plan maken, in actie komen, volhouden en om kunnen gaan met verleidingen en tegenslag. Zie Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid (2017), Weten is nog geen doen

[2] Stoker, J. & Garretsen, H. (2023), Falende uitvoering is blamage voor kabinet en Kamer

[3] Raad voor het Openbaar Bestuur (2019), Signalement De Rijksoverheid als middenbestuur

[4] Planbureau voor de Leefomgeving (2023), Ruimtelijke verkenning 2023, vier scenario’s voor de inrichting van Nederland in 2050 (Scenario Regionaal Geworteldheid).

[5] Berg, M. van den & Boogaard, G. (2021), Geen democratie zonder politiek, ook niet in de regio’s

[7] Erve, S. van ‘t (2022). Geef de regio een kamer in het Huis van Thorbecke.